Ik bevroed.
by lucas dewaele
Ik heb zo pas even niet nagedacht. Mezelf even een heilzame, tussentijdse halte opgelegd in een stroom van vele gedachten. Een embargo van mijn mijmeringen. Een schimmelende gedachtegang leek mij al wekenlang te omklemmen en wie weet, de facto, duurde het tobben misschien wel minstens zo lang als het aanvoelde. Goed wetende dat niet velen mijn gedachten zullen opnemen, waag ik het nog niet helemaal om de grenzen van de mogelijke mogelijkheden te betasten en te uiten. Een voorzichtige conclusie kan dus niet uitblijven en een moment van geluk evenmin. Net voor ik alweer een vorm van zelfbeklag en terughoudendheid koester. Met andere woorden: ik heb vandaag alweer een paragraaf aan de levenservaring toegevoegd, de som der fouten wat aangedikt. Geen pijnlijk rubriekje, maar eentje dat littekenend blijft hangen.
Ik vang aan met de conclusie: jarenlange stille vriendschappen, die niemand opvallen, kunnen in de marge, door derden, doodgesmoord worden. Jij kent hen ook toch ook: die afstandsvrienden van op schoolbanken en van legertentjes en van andere verwantschappen. Die vriendschappen die nooit ingenieus gepland waren, maar in de luwte organisch aan elkaar geklit zijn. Vriendschappen, die nooit ten prooi gevallen zijn aan verboden, aan gedeelde liefdes of aan gemiste gelden of aan de combinaties met ander prijzengeld. Die vriendschappen zonder prijs kunnen zomaar stuk gaan. Echt zò maar, als standbeelden die op een gewone ochtend, in brokken, naast hun voetstuk liggen. Gevallen, gestoten, of gewoon zonder verklaring, niet meer daar waar het uitzicht geen verwachtingen meer heeft. De zwaartekracht ten dienste.
Ik heb nagedacht over stille vriendschappen die het volle daglicht niet meer verdragen, omdat een vorm van kennis mijn schaapachtige gedachten inmiddels belemmert. Kennis, een weetje, een openbaring en zowat alle vormen van bewustwording er tussen in, zijn ongetwijfeld de meest efficiënte manieren om voetstukken te ondergraven. Zeg maar, om de schijn van het zijn te verdrijven. In kringen van provinciestedelijke politiek, van degelijke haute finance en van oude sjieke families en (nu ook) van actuele wielerscènes, zal mijn bevinding vermoedelijk weinig indruk maken. Maar in het benepen kunstwereldje bijvoorbeeld, vraag ik mij meteen af of er één figurant is, die niet bijdraagt tot het ‘spel’ van het ophouden van schijnsel. Spontaan duiken de zelfverklaarden op, de kringwinkelkruimelkunstenaars, wiens gore namen niemand kan of kon raden. Ik denk natuurlijk evengoed aan de schuimmakers, de academische back-officieren in het kielzog van de meedraaiende kunstenaars. Voor de duidelijkheid: ik bedoel een groepje kunstrecensenten voor wie echt het niet uitmaakt wie of wat ze dienen te bespreken, zolang het payrollproces maar niet sputtert en ‘er maar iets op het doek staat’. Al is dit laatste ook vatbaar voor een schijnbeweging naast de verfpot. Kan het zijn dat je merkt dat mijn ontnuchtering in dit soort maaksels doorsijpelt? En dat je begrijpt dat vriendschappen, gegroeid in een gangbaar geloof in de echtheid van ‘kunst’, een onderduimse boventoon krijgen? Wie is de niet geniepige kunstenaar, de enkelhartige kunstexpert, de ware kijker in de rayon der fundamenteel causale kunsten? De beruchte ‘fuck’s’ geheten. Ik heb een vacature vrijgehouden.
Kijk, de zwijgende vrienden van eertijds hebben veel te verliezen bij het onderhouden van vriendschappen, die een eigentijdse update niet kunnen gedogen. Hele loopbanen blijken plots geworteld in de machtsbedding van schoonvaders en schatplichtigen. Geschoeid op fopperij. Op praatjes, waarin ijveraars en de gedreven ik, al dan niet stellig geloofden. Het is zo wat de tijd om het marionetschap op te zeggen, actief en nijverig en ongewild naijverig. Al zal ‘zwijgen’ het ‘plan de campagne’ van de kunstschermers blijven kenmerken. Kunst draagt niet bij tot ware vriendschap. Alweer een gedachte, goed voor weken.
(Weken van hart, bedoel ik).
stof genoeg om een boom over op te zetten:)
‘t is ingewikkeld Luc:-)
niet slecht bedoeld hoor!
Beste Tom, er is één, de leeftijd en twee, de ervaring. Het eerste garandeert dat ik een medior-knorpot kan worden (als ik ambitie heb in die zin); het tweede is de weerspiegeling van een rationele status in het rondwaren in het wereldje van kunst en kunstonderwijs. Het is een weinig opbeurende wandeling geworden in een kringetje waar ‘schijn’ zowat de enige constante is. Gelukkig is er toch nog een vorm van ‘verwondering’ omtrent dit alles, die in tekstjes en eerlijke beelden kan gevat worden. ‘Authenticiteit’ is wat ook jouw beelden kenmerkt. Houden zo.
Die schijn wordt volgens mij gekenmerkt door mensen die denken te zijn, te kunnen praten over, te betalen.
Wanneer je dat wegdenkt, en kijkt naar de essentie, de schoonheid van een beeld of werk, wanneer je kijkt naar hoe het gemaakt is en met welke beweegredenen, dan ben je er. Die verwondering waar je dus van praat.
Dat bedoel je dus?
Dat bedoel ik inderdaad : de ‘verwondering’, die aan de basis van een werk ligt, die de maker doet creëren, die de kijker tot ontroering beweegt. Mijn pijnlijke ervaring is dat dit essentieel element als totaal onbelangrijk voorgesteld wordt in het kunstonderwijs annex de kunstmarkt. Of misschien is het wél belangrijk maar wordt het als oubollig afgedaan (wellicht omdat de ‘verwondering’ ook wel ontmaskert wat verzonnen is). En, mijn helaasheid der ervaringen toont aan dat de verpakkingsijver van bijv. docerende figuren een artificiële leegte moet ‘verduiken’. Ik kan niet anders dan dit concluderen. Het boek ‘Kunst in Netwerken’, van Pascal Gielen, toont deze waarneming der feiten academisch aan. Het ‘kunstwerk’ zelf is van een minieme relevantie in het traject dat het aflegt. Pijnlijk waar. (En bijna vermeld ik ook nog namen, maar ik ben nu eenmaal te goed opgevoed…)
Beste L,
lang geleden dat ik hier nog kwam lezen. Een beetje ‘gesmoord’ door de kunst. Sta me toe dit iele en euvel woord te schrappen uit uw tekst.
En wat hou ik dan over?
Beeldschone literatuur, mijn bescheiden inziens.
Neem mij niet kwalijk dat ik u fileer
en wat u dierbaar is, wegschraap… terwille van uw dienaar.
Een modeste lezer.
Beste Uvi, toch wik ik al mijn woorden en bovenal de uitvindsels. ‘Doodsmoren’, stel dat het woord bestaat, spreekt over een actieve dader, die met veel tijd en toewijding en doorzicht, iets destructiefs te weeg brengt. In de wereld van Kunst, is het een beproefde techniek.
Bovenal leef ik mij uit in mijn beeldjes-van-één-dag. Daartoe ben ik tenslotte opgeleid. Al word ik soms verleid om daarmee op te houden, onder druk van Brusselse kenners met West-Vlaamse klei tussen hun kiezen… De medior-knorpot steekt alweer de kop op…
(P.s. ik volg zeer gedwee je dagelijkse beschrijvingen)
Erg verbaasd over je P.S. , euh, ik denk dan niet aan een partij.
Er zit zoveel schoonheid in jouw zinnen. Zinnelijk zelfs.
Het kan me niet schelen dat je knort.
Als je het maar met ‘klasse’ doet.
Mooie avond.
Genoten van al wat hier te lezen valt …….. pracht schriftsels, zelfkennis, de struikelblokken van de Universiteit van het Leven gecombineerd met een snufje humor. Ik mag dat graag lezen.
Ik amuseer mezelf al schrijvende.Ik kom tot rust door de woorden en de gedachten te schikken. Al vrees ik af en toe wat cassanter te worden….Waarschuw mij op tijd aub.